Toezicht, inspectie en

handhaving Jeugdhulp

Jeugd

De Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) houdt toezicht op de kwaliteit van de jeugdhulpverlening, jeugdbescherming en jeugdreclassering. Dat gebeurt deels in samenwerking met andere inspecties, waaronder de Inspectie Justitie en Veiligheid.

De inspectie onderzoekt of jeugdigen goede hulp krijgen in een veilige omgeving. Ze controleert ook of de jeugdhulpaanbieders zich aan de wet en andere afspraken houden. De inspectie verzamelt daarom informatie over de organisaties die (onder meer) onder de Jeugdwet vallen. En zij kijkt of het beleid van deze aanbieders in de praktijk goed werkt.

Jeugdigen in de jeugdhulp, jeugdbescherming en jeugdreclassering hebben recht op een goede en veilige verzorging, opvoeding en behandeling. Daar moet de samenleving op kunnen vertrouwen. Dat is het ook doel van het toezicht van de inspecties. Hun onafhankelijke oordeel over de kwaliteit van de jeugdhulp, de jeugdbescherming en jeugdreclassering is belangrijk voor iedereen die daar mee te maken heeft.

De inspectie verzamelt informatie en onderzoekt die, zoals:

  • meldingen van jeugdhulpaanbieders
  • de uitkomsten van onderzoek van de gegevens van jeugdhulpaanbieders
  • berichten van professionals uit het zorgnetwerk, van jeugdigen zelf en/of van hun familieleden
 

De uitkomsten van die onderzoeken kunnen reden zijn om op inspectiebezoek te gaan bij een organisatie. Kijk voor meer informatie daarover op de website van IGJ op de pagina Redenen voor een inspectiebezoek.

 

Toetsingskaders

Toetsingskaders bevatten alle punten en regels waar de inspectie op controleert. Dat zijn punten die in de wet zijn vastgelegd. Maar ook regels die door de sector zelf zijn afgesproken. Er zijn verschillende toetsingskaders voor verschillende soorten organisaties. De inspectie voert het toezicht op jeugdhulpaanbieders grotendeels uit met het JIJ kader. Een overzicht van alle toetsingskaders vindt u hier.

 

Inspectie Justitie en Veiligheid

De verantwoordelijkheid voor de jeugdhulp, de jeugdbescherming en de jeugdreclassering is sinds 1 januari 2015 gedecentraliseerd naar gemeenten. De instellingen waarmee jeugdigen via het strafrecht in aanraking komen, hebben allemaal op hun eigen manier te maken met dit nieuwe jeugdstelsel. De Inspectie Justitie en Veiligheid (Inspectie JenV) richt zich in haar toezicht voornamelijk op de uitvoering van strafrechtelijke beslissingen ten aanzien van jeugdigen. Instellingen binnen de jeugdketen zijn:

  • Halt
  • Jeugdreclassering
  • Justitiële jeugdinrichtingen
  • Raad voor de Kinderbescherming
  • Toezicht Sociaal Domein
 
 

Toezicht door de Inspectie Justitie en Veiligheid

De Inspectie JenV richt zich bij haar toezicht op de vraag of de instellingen in de keten en binnen het nieuwe stelsel hun taken naar behoren uitvoeren. Uitgangspunt is hierbij dat de jeugdige op een goede manier terugkeert in de samenleving en dat recidive wordt voorkomen. Vanuit het maatschappelijk belang richt het toezicht zich ook op de bredere jeugdketen. Waar nodig en mogelijk vindt het toezicht plaats vanuit een integrale aanpak en in samenwerking met andere Rijksinspecties. Hiervoor participeert de Inspectie JenV in het Toezicht Sociaal Domein (voorheen Samenwerkend Toezicht Jeugd).

Toezichthouders rechtmatigheid
De toezichthouders rechtmatigheid Wmo en Jeugdwet zijn in de regio ZOU per gemeente aangesteld.

Zij houden toezicht op de rechtmatigheid van de zorg of een voorziening die op grond van de Wmo en de Jeugdwet is of wordt toegekend en de preventie op misbruik en oneigenlijk gebruik van zorg of voorzieningen. De zorg kan worden geleverd door een zorgverlener met een contract (zorg in natura) of door een zorgverlener die via een pgb (persoonsgebonden budget) door een cliënt wordt ingehuurd.

Zij houden toezicht op de rechtmatigheid van de zorg of een voorziening die op grond van de Wmo en de Jeugdwet is of wordt toegekend en de preventie op misbruik en oneigenlijk gebruik van zorg of voorzieningen. De zorg kan worden geleverd door een zorgverlener met een contract (zorg in natura) of door een zorgverlener die via een pgb (persoonsgebonden budget) door een cliënt wordt ingehuurd.

Aanleiding voor een onderzoek door de toezichthouder zijn onder meer signalen die worden ontvangen via het integraal knooppunt zorgfraude (IKZ), periodieke controles, steekproeven, etc. Maar er kunnen ook meldingen binnenkomen via de toegang of cliënten. De toezichthouders rechtmatigheid werken in de regio ZOU samen met elkaar, met de toezichthouders kwaliteit, met inkoop en met contractmanagement. Daarnaast wordt er ook samengewerkt met:

  • de Sociale Verzekeringsbank
  • de Regionale Sociale Dienst
  • het Zorgkantoor
  • de Belastingdienst
  • het IKZ (Informatieknooppunt Zorgfraude)
  • de NZA (Nederlandse Zorgautoriteit)
  • de RIEC (Regionaal Informatie- en Expertise Centrum)
  • de politie
  • het Openbaar Ministerie
  • het CIZ
  • de Fiod
  • het UWV
  • het iSZW
  • het CAK

De uitkomsten van een onderzoek kunnen mogelijk aanleiding zijn voor bestuursrechtelijke handhaving of een strafrechtelijke of civielrechtelijke procedure.